Maximale spanning voor de led:
De led in de lantaarns Wit & Warm-wit hebben een maximale aan te bieden spanning van 3 tot 3,4 Volt.
Sluit deze dan ook niet aan op een hogere spanning dan 3,4 Volt, want dan krijgt men eenmalig veel licht en een verbrande geur, daarna niks meer!
(oftewel, de led in de lantaarn is defect gegaan, rijp voor de prullenbak of de lantaarn kan worden gebruikt als decoratie zonder licht!).

Maximale stroom door de led:
De led mag een maximale stroom hebben van 20 mA, daarboven is de led weer rijp voor de prullenbak!
In Jip-en-Janneketaal, vergelijk de spanning en stroom met het opblazen van een ballon.
Te veel lucht blazen in een ballon, doet de ballon knappen, weg ballon (LED).

Hoe dan wel de led voorzien van de juiste spanning en stroom?

Vanaf hier wordt uitgegaan van een voedingsspanning van 12 Volt gelijkspanning.
Waarom 12 volt?
12 Volt is een zeer gangbare spanning in de modelbouw wereld.
De meeste randapparatuur  is 9 op de 10 keer geschikt voor 12 Volt.
Er worden dus twee vliegen in een klap geslagen.
Zeker als een ringleiding wordt gemaakt van 12 Volt.

Om de juiste spanning en stroom te krijgen voor de led, wordt er gebruik gemaakt van een (voorschakel)weerstand.
Advies is een weerstand met de waarde van 1K (1000 ohm) in serie te zetten met de led.
De stroom die er dan doorheen vloeit is 9 mA.
Met deze waarde zit men dus altijd goed.
Wordt de weerstand verhoogt van 1K naar bv 1K5 dan zal de led minder fel gaan branden.
In dit geval gaat er een stroom van 6 mA door de led heen.
Bij het verlagen van de weerstand, zal de led feller gaan branden.

Wordt de weerstand teveel verlaagd, dan is er weer een flits en een geurtje (einde led).
Wat is dan de laagste weerstand die gebruikt mag worden bij 12 Volt?
Door de reken-formule van de wet van ohm, is dat in dit geval 470 ohm.
Dan gaat er maximaal 20 mA door de led heen, dit is echt het uiterste!

Wat is dan wel oké is met deze weerstand-waarde?

Een dimmer in serie met deze weerstand, daarmee kan men de led minder fel of juist feller laten branden. 

In de lantaarn zit een Led.

Vaak spreekt men over een plus(+) en een min(-) van de lantaarn.
In de praktijk kan dat wel en dat is duidelijk voor (bijna) iedereen (Jip-en-Janneke taal).
In theorie is het eigenlijk Anode(+) en Kathode(-), omdat een led eigenlijk een diode is.
De stroom door een diode gaat van Anode(+) naar Kathode(-), dit is de doorlaat-richting. 

Andersom gaat de stroom niet van Kathode(-) naar Anode(+), dit is de sper-richting.

Dit verklaart ook dat je een led verkeerd kan aansluiten, zonder dat deze kapot gaat!

Zoals in hoofdstuk "saaie stof", moet een lantaarn voorzien worden van een weerstand.
Tussen één van de twee draden gaan we de weerstand monteren (solderen).
Welke draad van de twee maakt niet uit in de praktijk.
De voorkeur gaat uit om deze in de plus(+) aanvoerdraad te monteren.

Zo houd je een duidelijk overzicht voor jezelf.

Hier een voorbeeld hoe de weerstand gemonteerd moet worden tussen de lantaarn en de voeding:

Wij van Modelbouwled hebben hiervoor een zeer praktische oplossing en een schroevendraaier is hierbij meer dan genoeg!
Je kunt op deze manier meerdere lantaarns aansluiten en snel en makkelijk uitbreiden.

Meer informatie over deze handige printplaat met voorgemonteerde weerstand vindt u hier.
Ook hebben wij een leuke startset, waardoor u meteen aan de slag kan met het monteren van de lantaarns.

Wij van Modelbouwled hopen dat je veel hebt gehad aan deze informatie.